LU
Ardenner paarden te koop
DE
FR
FR
LU
De Ardenner is een van de oudste koudbloed paardenrassen van Europa. Zoals de naam al aangeeft, komen deze trekpaarden oorspronkelijk uit de Ardennen, het bergachtige gebied waar België grenst aan Frankrijk en Luxemburg. Een volwassen Ardenner kan met zijn massieve, compacte lichaam een gewicht bereiken van 800 kilogram. Toch zullen veel mensen een Ardenner kopen vanwege het vriendelijke karakter dat deze grote paarden hebben. De Ardenner wordt meestal als een Frans ras aangemerkt (Le Cheval de Trait Ardennais). Het is een trekpaard dat voorkomt in de kleuren bruin, vos, bruinschimmel en grijs. Ardenners met een bruine vacht hebben doorgaans zwarte manen en een prachtig zwart behang aan de benen.
Gebruik en karakter van de Ardenner
Vandaag de dag wordt de Ardenner nog altijd ingezet bij werkzaamheden in de bossen. Ook lopen ze nog steeds voor rijtuigen en koetsen, want ondanks de zware lichaamsbouw heeft de Ardennen een bijzonder energieke stap en draf. In 1990 is er een speciaal fokprogramma gestart waarbij geselecteerde Arabisch hengsten worden geïntroduceerd in de bloedlijn van de Ardenner. Men doet dit om weer lichtere paarden te fokken die beter aansluiten bij de wijze waarop de Ardenners tegenwoordig worden ingezet. Vanwege hun uitgebalanceerde en rustige karakter zijn er ook steeds meer mensen die een Ardenner kopen om te gebruiken als allround recreatiepaard. Zo kun je een Ardenner de ene dag voor de koets spannen, en de volgende dag opzadelen voor een ontspannen buitenrit. Sinds enkele jaren schakelen steeds meer recreatieruiters over naar een koudbloed, omdat ze rustiger zijn en minder snel schrikken dan een warmbloedpaard. Daarom is een Ardenner ook zeer geschikt als koets- of menpaard. Een Ardenner kopen wordt ook steeds vaker gedaan door maneges die therapeutisch paardrijden aanbieden. Zelfs op een kinderboerderij doet de zachtaardige Ardenner het heel goed.
Oorsprong en geschiedenis van de Ardenner
In het ruige, heuvelachtige leefgebied met het gure klimaat hebben de voorouders van de Ardenner zich in de loop der eeuwen ontwikkeld tot een klein, maar taai trekpaard met een groot aanpassingsvermogen. Om het ras lichter te maken werden de Ardenners aan het begin van de 19e eeuw gekruist met Volbloeden en Arabieren. Ardenners kopen was destijds populair omdat deze zeer geharde paarden in alle weersomstandigheden konden overleven. Om die reden werden ze rond 1800 ook vaak als cavaleriepaard ingezet. Zo gebruikte Napoleon de Ardenners bij zijn Russische veldtochten omdat de kleine trekpaarden de barre winterse omstandigheden beter konden doorstaan dan andere rassen. Ook in de Eerste Wereldoorlog werden Ardenners ingezet bij de artillerie. Na de oorlogsjaren ontstond er weer behoefte aan zwaardere werkpaarden en gingen fokkers de Ardenner weer kruisen met grote Belgische trekpaarden. Aan het eind van de negentiende eeuw werd de Ardenner veelvuldig gebruikt in de land- en bosbouw. De Ardenner is ook al vele jaren populair in andere landen en wordt onder andere geëxporteerd naar Duitsland, Polen en Noord-Amerika.
Uiterlijk van de Ardenner
De Ardenner is een levendig en ontzettend krachtig trekpaard. Bovendien beschikken deze energieke paarden over een groot uithoudingsvermogen. Voor een koudbloed heeft de Ardenner verhoudingsgewijs zelfs veel temperament. Mensen die een Ardenner kopen, worden eigenaar van een gehoorzaam en werkwillig paard dat makkelijk in de omgang is. Met een gemiddelde stokmaat die ligt tussen 1.56 en 1.64 meter is de Ardenner wel iets kleiner dan andere trekpaardenrassen. Ardenners hebben een ‘vierkant’ model met een enorm gespierde achterhand. Het hoofd van een Ardenner is bovendien iets fijner dan je doorgaans bij een koudbloed ziet. Het voordeel van hun kleinere gestalte is, dat de Ardenner wendbaarder is dan zijn grotere soortgenoten.