geschikt als leerpaard/-pony
is geschikt voor therapeutische doeleinden
is geschikt voor beginners
AT
Pagina-1-advertenties
AT
NL
NL
DE
DE
DE
DE
DE
DE
DE
DE
DE
DE
DE
CH
DE
DE
US
US
US
Een pony is een klein paard met een stokmaat van maximaal 157 cm. Een pony kopen wordt vaak gedaan als rijpaard voor jonge ruiters, maar de meeste pony’s zijn sterk genoeg om ook een volwassen ruiter te kunnen dragen. Pony’s houden over het algemeen van werken, hebben een prima uithoudingsvermogen en zijn taai. Een pony verkopen kan om deze redenen ook prima worden gedaan voor verschillende disciplines van de paardensport. Onder andere in de dressuur, mensport en springsport komt men pony’s tegen.
Het meest opvallende aan de pony is uiteraard zijn kleine formaat. Zo heeft een pony een stokmaat van maximaal 157 cm. Zijn precieze eigenschappen en karakter zijn afhankelijk van het ras. Zo zijn de meeste koudbloedrassen wat rustiger en geduldiger dan warmbloedrassen. Wel worden pony’s over het algemeen omschreven als taai, alert, vriendelijk en intelligent. Ook staan pony’s er om bekend soms een tikje eigenwijs te zijn. Een goede opvoeding is daarom erg belangrijk!
De grootte van een pony is volgens de Nederlandse normen maximaal 157 cm. In veel andere landen wordt maximaal 148 cm aan gehouden. Zodra het dier groter is, spreekt men over een paard. Verder komt men pony’s tegen in allerlei soorten en maten. De Shetlander behoort tot het kleinste ponyras ter wereld. Zo is de miniatuur versie van de Shetlander maximaal 86 cm groot. De stokmaat van de 'gewone' Shetlander ligt op maximaal 107 cm. Andere pony’s, zoals de IJslander, hebben een stokmaat tussen de 130 en de 150 cm.
De pony is vaak een vrolijke verschijning met zijn kleine en robuuste lichaamsbouw, korte ledematen en weelderige manen en staart. De pony staat dichter bij het oerpaard, dat men soms terugziet aan zijn exterieur. Opvallend is dat sommige paarden, zoals de Fjord en de Haflinger, ondanks hun kleine formaat niet tot pony’s worden gerekend. Door hun lichaamsbouw vallen deze paarden namelijk in de categorie (kleine) paardenrassen.
De uiterlijke kenmerken van een pony zijn verschillend per ponyras. Zo staat de Shetlander bekend om zijn ronde lichaam, kleine oren, grote neusgaten en expressieve ogen. De Welsh pony staat bekend om zijn concave neuslijn en typische ponykenmerken, zoals zijn ietwat gedrongen lichaam. Naast de lichaamsbouw en de lengte zijn ponykenmerken onder andere kleine oortjes, korte en stevige benen en een volle staart en manen.
De pony staat er om bekend om taai en sober te zijn. Het is een dier dat weinig verzorging nodig heeft. Het temperament van de pony is grotendeels afhankelijk van het ponyras. Zo staat de Shetlander bekend als zeer nieuwsgierig en eigenwijs. De Welsh Pony is vrij pittig maar wel betrouwbaar en slim. Koudbloedrassen zijn vaak wat rustiger dan warmbloedrassen. Opvallend is dat veel pony’s als eigenzinnig en soms wat koppig worden omschreven. Daarnaast zijn veel pony’s vrolijk, levendig en sociaal. De pony’s leven graag met soortgenoten.
Ras typerend voor de pony is ongetwijfeld zijn grove lichaamsbouw en korte ledematen. Zoals eerder uitgelegd, vallen sommige paarden – zoals de Fjord en de Haflinger - in de categorie (kleine) paardenrassen, enkel omdat ze niet de typische en vrij robuuste lichaamsbouw hebben die bij pony’s hoort. Als men het over pony’s en paarden heeft wordt er dus niet alleen gekeken naar zijn lengte, maar ook naar zijn overige kenmerken. Tot slot heeft een paard vaak ruimere gangen dan een pony. Ook aan de gangen kan men dus een paard van een pony onderscheiden.
Een ander opzicht waarin pony’s zich onderscheiden van paarden is hun taaie en sobere karakter. Ook op rantsoen weet de pony prima te overleven én te presteren. Deze eigenschap is te danken aan het feit dat de pony genetisch gezien meer op het oerpaard lijkt. Het oerpaard was ook vrij klein van stuk en wist onder barre omstandigheden te overleven in het Noorden en Oosten van Europa. Leuk detail: er zijn verschillende ponyrassen die nog altijd (half)wild in kuddes leven. Een voorbeeld hiervan zijn Exmoor pony’s en IJslanders.
Een aantal bekende ponyrassen zijn onder andere de Shetlander, de Exmoorpony, de Welsh pony, de Highland pony, de New Forest pony, IJslanders, de Hackneypony, de Fell pony, de Australische pony en de Gotland pony. Het allerkleinste ponyras is de Shetlander. Tot slot zijn er een aantal paardenrassen waarover gediscussieerd wordt of deze onder pony’s of kleine paarden zouden vallen. De paarden zijn namelijk weliswaar klein, maar voldoen niet aan de overige ponykenmerken. Een opvallend voorbeeld hiervan is de American Miniature Horse. Dit paard wordt slechts 86 cm hoog, maar lijkt in alle opzichten meer op een zeer klein paard dan op een pony.